We waren twee startende copywriters bij hetzelfde reclamebureau. Verliefd geworden op het werk en verhuizend van onderhuur locatie naar onderhuur locatie. En wat voor anderen een te snelle stap leek, voelde voor ons na vier maanden al goed: we gingen op zoek naar een koophuis. Dus fietsten we op een mooie dag door Amsterdam-Noord, speurend naar het schattige huisje dat we op Funda hadden gezien. Een auto hadden we nog niet.
Hoe verder we wegfietsten van het drukke pontje van Amsterdam Centraal dat ons naar de overkant van het IJ had gebracht, hoe mooier het werd. Na een adembenemend stuk dijk met links weiland en rechts woonboten en water, bleek het huisje nog schattiger dan op de foto’s.
‘Zou dit het echt zijn?’ vroeg ik. Remco pakte het printje erbij – een smartphone bestond nog niet. Het was ‘m echt. En binnen budget. We gluurden naar binnen. Zoals ieder jong en overmoedig stel, keken we door de jaren ’70 keuken, open haard en inrichting heen en zagen we hoe we het wilden hebben. Licht, strak en fris. Een foto namen we niet. Dat deed je alleen op vakantie of tijdens feesten en partijen. Niet zomaar op straat, stel je voor.
het allereerste huisje
Het werd het huis waarin ik zwanger raakte tijdens de moeder aller verbouwingen. Het huis dat nog niet af was toen Ties twee maanden te vroeg werd geboren. Het was het huis dat zich de jaren erna langzaam vulde met alle hulpmiddelen die hij nodig bleek te hebben. En het huis dat we met pijn in ons hart verruilden voor een rolstoeltoegankelijke nieuwbouwwoning.
Afgelopen weekend reden we er weer langs ons allereerste huisje. Dit keer niet op de fiets, maar in een rolstoelbus die de halve weg blokkeerde. We konden het niet laten om even uit te stappen. Of we gezien werden, kon ons niet schelen, we poseerden uitgebreid voor een smartphone selfie.
Ik zag mezelf weer lopen achter de wandelwagen over de dijk. Zag de grote rode rubberen sportmat weer liggen, die onze halve woonkamer in beslag nam, voor de fysio oefeningen van Ties. Ik verbeeldde me onze zilvergrijze tweedehands Citroën voor de deur – de enige manier om Ties in slaap te krijgen was soms een ritje door Amsterdam-Noord.
Gek genoeg maakte me dit niet weemoedig, maar juist gelukkig. En trots. Kijk, huis, we zijn er nog. En wees gerust, ook al is alles hier ooit fout gelopen: het gaat ons goed.